Vennootschap onder firma oprichten middels een vennootschapscontract
Indien u gaat samenwerken met één of meerdere partners heeft u de keuze uit een aantal rechtsvormen. Het kan in dit geval verstandig zijn een vennootschap onder firma (VOF) op te richten. Uw collega-ondernemers en uzelf zijn dan de vennoten. De vennootschap is een samenwerkingsverband tussen gelijkwaardige partners. Elke vennoot brengt iets in in de vof. Dit noemen we inbreng. Dat kan kapitaal zijn of goederen, maar ook arbeidskracht voldoet als inbreng.
Opstellen vennootschapscontract
Afspraken over de samenwerking worden schriftelijk vastgelegd. Het opstellen en ondertekenen van een vennootschapscontract, waarin u de onderlinge spelregels vastlegt, geldt als het oprichtingsmoment. Denk bij de inhoud van deze overeenkomst aan de inbreng, de bevoegdheden die ieder van de vennoten heeft en de winstverdeling. Een gang naar de notaris is niet vereist voor de opstelling van een vennootschapscontract. Het is echter wel verstandig om van te voren juridisch advies in te winnen en het contract door ons te laten opstellen of checken.
Vennoten hoofdelijk aansprakelijk
Minpunt van een vof en een eenmanszaak ten opzichte van een BV en een NV is dat de vennoten hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de schulden van het bedrijf. Dit brengt met zich mee dat u persoonlijk aansprakelijk kunt worden gesteld voor de schulden van de onderneming, zelfs als u niet zelf, maar een collega-vennoot deze schulden heeft gemaakt. Crediteuren die zich willen verhalen, kunnen in eerste instantie terecht bij het vermogen van de vennootschap. Heeft de vennootschap echter onvoldoende geldmiddelen, dan mogen de schuldeisers zich ook verhalen op het privévermogen van de vennoten en hun eventuele echtgenoten.
Huwelijkse voorwaarden
Door het opstellen van huwelijkse voorwaarden kunt u de aansprakelijkheid van uw echtgenoot evenwel beperken. Privéschulden van een collega-vennoot, dus uw zakenpartner in de vof, kunnen gelukkig niet op het zakelijke vermogen van de vennootschap, noch op uw privévermogen worden verhaald. Voor privéschuldeisers van uw collega-vennoot is het vennootschapsvermogen, anders dan bij een eenmanszaak, derhalve veilig.
De inhoud van een VOF-contract
Op het internet circuleren voorbeeldcontracten in allerlei soorten en maten. Vaak zijn deze contracten echter niet up to date, onvolledig of zijn ze niet op maat van de dienstverlening van de VOF gemaakt. Een dergelijk contract is dan niet in lijn met de bedrijfsvoering van de vennootschap en biedt als het er op aankomt niet de bescherming en het houvast waar u naar zoekt. Laat een voorbeeld vennootschapsovereenkomst dan ook altijd puntsgewijs nalopen voordat u ondertekent. Laat het dus gerust door ons nazien. Nog beter is om een maatwerk VOF-contract te laten opstellen door een daarin gespecialiseerde jurist of advocaat.
Bepalingen die in elke VOF voorbeeldovereenkomst zouden moeten staan
In de eerste plaats is het van belang dat de deelnemende partijen in de vennootschap staan vermeld. Dit zijn natuurlijke personen. Het is raadzaam om NAW gegevens (naam, adres en woonplaats) te vermelden, evenals de geboortedatum van de vennoten. In de preambule van een contract staat dan vervolgens iets als:
PARTIJEN
Vennoot 1
Vennoot 2
IN AANMERKING NEMENDE:
dat zij met elkaar met ingang van (datum) een vennootschap onder firma zijn aangegaan, teneinde voor gezamenlijke rekening en onder gemeenschappelijke naam een bedrijf (soort product of type bedrijf) uit te oefenen;
ZIJN OVEREENGEKOMEN ALS VOLGT:
met daaronder enkele pagina’s met inhoudelijke artikelen. Aan het einde is er ruimte gereserveerd voor de ondertekening met vermelding van plaats en datum. Naast een handtekening kan het verstandig zijn om alle afzonderlijke pagina’s van een paraaf te voorzien. Ondertekening in tweevoud of drievoud (afhankelijk van het aantal collega-vennoten) is voldoende om de afspraken rechtsgeldig te maken. In bepaalde gevallen kan een contract dat niet is ondertekend overigens toch rechtsgeldig zijn (dat is een onderwerp voor een andere blog).
Artikelen samenwerkingsovereenkomst vennootschap onder firma
Hieronder een opsomming van de artikelen die in een samenwerkingsovereenkomst vennootschap onder firma moeten staan. Aan de titels van de artikelen (de artikelhoofden) kunnen geen rechten worden ontleed: het gaat echt om de inhoud ervan. Voorts dienen de afzonderlijke artikelen mede in onderlinge samenhang te worden begrepen.
- Artikel 1: Naam en plaats van vestiging en KvK nummer
- Artikel 2: Doel van de vennootschap
- Artikel 3: Duur (looptijd contract) en opzegging
- Artikel 4: Inbreng door de vennoten (kennis, arbeid, netwerk, geld, goederen)
- Artikel 5: Kapitaalrekening en rente winstaandeel vennoten
- Artikel 6: Bevoegdheid tot handelen en tekenen, vertegenwoordiging van de VOF
- Artikel 7: Samenwerking en onderling overleg
- Artikel 8: Boekjaar, balans en winst- en verliesrekening, jaarstukken
- Artikel 9: Primaire arbeidsbeloning naar rato van inbreng
- Artikel 10: Berekening winst/verlies en verdeling bedrijfsresultaat
- Artikel 11: Opname winstaandeel en voorschotten
- Artikel 12: Arbeidsongeschiktheid, ziekte, voorwaarden doorbetaling winstaandeel
- Artikel 13: Einde vennootschap, opzegging, wanprestatie, faillissement
- Artikel 14: Liquidatie en verdeling vennootschapsvermogen
- Artikel 15: Recht op voortzetting, handelsnaam, overname bedrijf en verblijven
- Artikel 16: Non-concurrentiebeding en boetebeding
- Artikel 17: Toetreding van nieuwe vennoten tot de VOF
- Artikel 18: Geschillenbeslechting, mediation, arbitrage en bevoegde rechtbank
- Artikel 19: Toepasselijk recht op de overeenkomst
- Artikel 20: Wijzigingen en aanvullingen (schriftelijk en toestemming)
Over de inhoud van bovenstaande contractsbepalingen kan worden onderhandeld. Dat volgt uit het principe van contractsvrijheid. Contractsvrijheid wordt begrensd door dwingende wetgeving (wettelijke bepalingen waarvan contractueel niet mag worden afgeweken. Let op dat u in bepaalde gevallen schadeplichtig kan zijn indien u onderhandelingen afbreekt in de voorfase. Dit volgt uit een typisch Nederlands fenomeen: de precontractuele aansprakelijkheid.
Aandeelhoudersovereenkomst BV
Indien de VOF een omzet heeft hoger dan 200.00 euro, of als het bedrijf veel risico loopt bij het aanbieden van de producten of de dienstverlening dan verdient het aanbeveling om na te denken over een andere bedrijfsvorm. Een omzetting naar een besloten vennootschap (BV) ligt dan voor de hand. Heeft u een BV dan bent u in principe niet persoonlijk aansprakelijk voor schulden. Er moeten dan statuten worden gemaakt bij de notaris. Vervolgens een aandeelhoudersovereenkomst opstellen die in lijn is met de statuten van de BV.
Contracten en algemene voorwaarden
Treedt de vennootschap naar buiten dan is het raadzaam om met professionele contracten en maatwerk algemene voorwaarden te werken. Denk daarbij aan een opdrachtverlening, samenwerkingscontract, dealmemo of letter of intent. Doet u zaken over de grens werk dan bij voorkeur met Engelstalige contracten.
Website, privacywetgeving
Heeft u een website hou dan rekening met privacywetgeving en cookiewetgeving. Zorg er bij een webwinkel voor dat de algemene voorwaarden downloadbaar ter hand worden gesteld en voeg indien nodig een retourformulier toe. Levert uw webshop producten die niet op maat zijn gemaakt en geen digitale downloads zijn dan dient u in verband met de wettelijke bedenktermijn een herroepingsformulier mee te zenden aan de klant. Vraag ons gerust om een juridische websitecheck.
Overige juridische vereisten, arbeidscontracten
Vergewist u ervan of er vanwege Europese regelgeving juridische vereisten gelden die raken aan de bedrijfsvoering of het doel van de VOF. Denk aan certificeringen en vergunningen. Heeft u personeel in dienst dan bent u als werkgever gebonden aan bepaalde wettelijke voorschriften. Zoals regels over sociale zekerheid. In dat geval adviseren wij om te werken met goede arbeidscontracten waarin afspraken over de inhoud van de werkzaamheden staan, alsook bepalingen inzake loon, (on)bepaalde tijd, werktijden, concurrentie, geheimhoudingsverplichting, ziekte en ontslag.
Levering van diensten of producten binnen en buiten de EU
Wanneer u diensten of producten levert aan klanten binnen of buiten de EU dan krijgt u te maken met regels over vrij verkeer van goederen en personen. Binnen de Europese Unie gelden er andere regels dan indien u levert aan Engeland (na de Brexit), China, India of de Verenigde Staten. U kunt dan te maken krijgen met andere soorten handelsrecht, andere belastingregels en internationale verdragen zoals het Weens Koopverdrag. Denk aan een non-disclosure agreement (NDA) waarop een ander soort recht van toepassing is dan ons eigen Nederlands recht. In dit verband kunnen wij u helpen bij het checken en optimaliseren van de relevante bedrijfsprocessen, gericht op het voorkomen van aansprakelijkheid.
Conflicten en beëindiging van de vennootschap
Stel dat er tussen de vennoten onderling onenigheid is ontstaan over de wijze waarop de vennootschap gedreven dient te worden. De zakenpartners vinden dat een collega-vennoot stelselmatig het bepaalde in de vennootschapsovereenkomst schendt, danwel zich op geen enkele wijze confirmeert aan de tussen de vennoten gemaakte afspraken inzake arbeidsverdeling. Daarnaast zou de collega handelen in strijd met het doel van de vennootschap en in weerwil van het bepaalde bij overeenkomst bepaalde handelingen willen verrichten ten behoeve van andere (eigen) reeds bestaande of nog te ontplooien activiteiten.
Meningsverschillen binnen de VOF
De hierop aangesproken vennoot bestrijdt de standpunten van de vennoten en meent dat hij volledig gerechtigd is om te handelen zoals hem goeddunkt, ongeacht de eventuele gevolgen voor de vennootschap. Hij mag volgens hem zelf een zaak beginnen die concurreert met de VOF waar hij deel van uitmaakt. Het lijkt erop dat er blijvende meningsverschillen binnen de VOF bestaan.
Intellectueel eigendom
De vennoten gaan een stap verder en sturen er op aan dat hun collega-vennoot uit de VOF treedt en vragen zich af of zij hem daartoe kunnen dwingen. Voorts willen zij voorkomen dat hun collega-vennoot intellectueel eigendom aan de vennootschap onttrekt, nu dit grote gevolgen zal hebben voor de liquiditeit en voortbestaan van de VOF.
Merknaam, broncode en domeinnaam
Partijen vragen zich in dat kader af of op de inbreng van zaken als goederen, diensten, domeinnamen, klantenbestanden, netwerken, intellectuele eigendomsrechten zoals auteursrechten, merknamen, broncodes en financiële middelen nu een gedeelde of gemeenschappelijke eigendom bestaat. Vraag is derhalve of dit juist is en of zij op die grond kunnen voorkomen dat bepaalde inbreng door hun collega-vennoot wordt meegenomen en aangewend voor andere doelen dan waarvoor die oorspronkelijk is ingebracht.
VOF-overeenkomst
In de contractuele verhoudingen tussen partijen is bij uitstek van belang wat hun intenties waren ten tijde van het aangaan van de VOF-overeenkomst, evenals hun gedragingen (zowel doen, niet-doen, nalaten als dulden) gedurende het bestaan van de overeenkomst. Allereerst is het evenwel van belang om zo exact mogelijk vast te stellen wat de VOF-overeenkomst regelt inzake de tussen partijen bestaande twistpunten.
Wetboek van Koophandel
De VOF-overeenkomst is leidend bij de vaststelling van de rechten en plichten van partijen omdat zij het eerste aanknopingspunt vormt ten aanzien van de partijbedoeling. Overigens stelt ook de wet met zoveel woorden dat de verhouding tussen de vennoten primair geregeerd wordt door de VOF-overeenkomst. Vergelijk artikel 15 Wetboek van Koophandel (WvK). De WvK geeft voorschriften over het Nederlandse handelsrecht.
Wanneer de vennoten geen schriftelijke afspraken maken, zijn de wettelijke regels (zowel de regeling opgenomen in het WvK als de regeling in Boek 7A Burgerlijk Wetboek (BW) voornamelijk van aanvullend recht.
Personenvennootschap
Bij een personenvennootschap brengen de deelnemende vennoten allemaal iets in. Dit is doorgaans in de tussen partijen gesloten vennootschapsovereenkomst terug te zien. Onder ‘Inbreng’ wordt in de regel bepaald wat de vennoten - naast hun arbeidskracht - in de vennootschap zullen brengen. Denk bij inbreng dus ook aan relatienetwerken, juridische knowhow zoals servicecontracten en algemene voorwaarden, alsook vermogensbestanddelen.
In juridisch opzicht en in het licht van de tussen partijen bestaande onenigheden, is de vraag of deze inbreng in de gemeenschap in ons hypothetische geval gelijk te stellen is met een vorm van overdracht in die zin, dat partijen de persoonlijke eigendom van deze bestanddelen hebben verloren ten behoeve van de vennootschap. Wordt inbreng met andere woorden gemeenschappelijk eigendom? Want indien dat het geval is, zouden er goede gronden zijn om te stellen dat de collega vennoot die voor zichzelf wil beginnen diens inbreng aan de vennootschap moet laten, en deze daar niet aan mag onttrekken.
Inbreng
In juridisch-technisch opzicht wordt het vermogen van de vennootschap dat ontstaat door de inbreng van de vennoten, beschouwd als een geheel van onderling samenhangende verbintenissen. Deze verbintenissen worden beheerst door bijzondere vennootschapsrechtelijke bepalingen, de algemeen verbintenisrechtelijke bepalingen en –last but not least- de redelijkheid en billijkheid.
Artikel 7a:1655 BW bepaalt in dat verband dat ‘Maatschap (ook te verstaan als VOF) is een overeenkomst, waarbij twee of meer personen zich verbinden om iets in gemeenschap te brengen, met het oogmerk om het daaruit ontstaande voordeel met elkander te delen.’
Gezamenlijk eigendom?
De ‘gemeenschap’ waarover dit artikel spreekt, heeft echter niet de betekenis van ‘gemeenschappelijk vermogen’, maar ziet op het geheel van de onderlinge contractuele afspraken. Met andere woorden: inbrengen betekent dus niet tot gezamenlijk eigendom maken, maar ter beschikking stellen van de VOF ter verwezenlijking van een gezamenlijk doel. Er ontstaat ten aanzien van de inbreng aldus een gemeenschap, maar (nog) geen gezamenlijk eigendom.
Met andere woorden – stel er wordt een software broncode of een bepaalde domeinnaam ingebracht: de inbrengende vennoot is de eigenaar van de broncode en is dat ook steeds gebleven. Het is geenszins zo dat de VOF eigenaar is geworden van de broncode ten gevolge van de inbreng, evenmin is er sprake van een gemeenschappelijk eigendom met betrekking tot de broncode. In beginsel in ieder geval niet. Ik zeg uitdrukkelijk ‘in beginsel’, want dit is slechts één kant van de medaille.
Gemeenschappelijk vennootschapsvermogen
Normaliter ontstaat er een gemeenschappelijk vennootschapsvermogen, dat aan de vennoten gezamenlijk toebehoort. Een goed VOF-contract bevat dan ook deze bepaling: ‘ieder der vennoten is voor de helft van het vermogen der vennootschap gerechtigd.’
Alle producten die worden ontwikkeld tijdens de uitoefening van het gemeenschappelijk bedrijf, alle opbrengsten die worden gegenereerd met verkoop van producten en alle goederen die door de vennootschap worden aangekocht, zoals inventaris, zijn derhalve het gemeenschappelijk eigendom van de vennoten. Er is dus in ieder geval een gemeenschap ten aanzien van de onderneming en alle daaruit voortvloeiende of daaraan verbonden producten.
Licenties
Dat geldt evenzeer voor de geldelijke opbrengst die door licentiëring van het aan de vof toebehorende intellectueel eigendom wordt gerealiseerd. Dit gemeenschappelijk vennootschapsvermogen is onderworpen aan de regeling van 3:166 e.v. BW, wat met name van belang is in geval van beëndiging van de vennootschap. Overigens is de wettelijke regeling niet dwingend van aard, hetgeen betekent dat de vennoten ten aanzien van de verdeling van de gemeenschap na ontbinding ook een eigen regeling kunnen treffen.
Licentieovereenkomst met klanten
Licenties van bijvoorbeeld de broncode of softwarelicenties anderszins –verkregen of vergeven ten tijde van de uitoefening van het gezamenlijke bedrijf- maken deel uit van het vennootschapsvermogen. De opbrengst daarvan behoort daarom aan de vennootschap en niet naar de vennoot die de broncode heeft ingebracht. Uiteraard is het van belang om in dat verband met een goede licentieovereenkomst richting uw klanten te werken. Bij het opstellen daarvan kunnen wij u ondersteunen.
Onttrekken van inbreng aan de vennootschap?
Zoals gezegd, is er ten aanzien van de ingebrachte software broncode geen sprake van gemeenschappelijke eigendom. Dit betekent evenwel niet dat een uittredende vennoot de broncode zonder meer aan de vennootschap kan onttrekken om daarmee vervolgens te doen wat hem goeddunkt.
Een en ander hangt nauw samen met de verplichtingen die de vennoten jegens elkaar hebben op grond van de vennootschapsovereenkomst: zij zijn gehouden met elkaar samen te werken in het kader van het voor gemeenschappelijke rekening ontwikkelen en exploiteren van branche specifieke software, waaronder alle aan de VOF gerelateerde producten.
Redelijkheid en billijkheid ex art. 6:248 BW
Hoever dit zakelijke partnerschap moet gaan en wat partijen in dat kader van elkaar over en weer mogen verwachten, wordt echter niet alleen bepaald door de vennootschapsovereenkomst maar óók door de het leerstuk van de redelijkheid en billijkheid als bedoeld in artikel 6:248 BW. De redelijkheid en billijkheid gebieden dat een vennoot bij zijn handelen steeds het belang van de vennootschap en het belang van de overige vennoten in het oog houdt. Er is aldus sprake van een zorgvuldigheidsplicht of zorgplicht, die men als vennoot zeer serieus dient te nemen. Indien een van de vennoten die plicht verzaakt, is er sprake van wanprestatie. De schade die de vennootschap daardoor lijdt, moet dan ook door de schadeveroorzaker aan de vennootschap worden vergoed.
Wettelijke zorgvuldigheidsnorm
Kortom: de uittredende vennoot kan de door hem ingebrachte broncode of domeinnaam niet zomaar aan de vennootschap onttrekken zonder dat daardoor aanzienlijke schade ontstaat. Hij handelt aldus strijdig met het doel van de vennootschap en eveneens in strijd met de wettelijke zorgvuldigheidsnorm. Omdat het doel van de VOF het maken en verkopen van een digitaal product betreft dat zeer afhankelijk is van en is opgebouwd rondom deze broncode en domeinnaam, vereisen de redelijkheid en billijkheid voorshands dat de broncode alsook de domeinnaam binnen de vennootschap blijven. Uiteraard zullen de overgebleven vennoten hun ex-collega daarvoor een billijke vergoeding moeten betalen.
Non-concurrentiebeding
Daarnaast zal een rol spelen dat de uittredende vennoot de vennootschap doorgaans geen concurrentie mag aandoen. Tenminste, als er in het VOF-contract een non-concurrentiebeding is opgenomen. Het meenemen van een domeinnaam om haar in te zetten voor andere activiteiten die niet ten goede komen aan de VOF, riekt een beetje naar oneigenlijke mededinging. Immers, de uittredende vennoot profiteert dan van het opgebouwde klantenbestand/naamsbekendheid door met het gebruik van de domeinnaam de suggestie te wekken dat het om een product van de VOF gaat.
Activiteiten ontplooien buiten vennootschapsverband
In een goede vennootschapsovereenkomst ziet men in dat kader een bepaling als: ‘Een vennoot mag slechts met toestemming van de medevennoot buiten vennootschapsverband activiteiten ontplooien die direct of indirect concurreren met die van de vennootschap.’ Met daarbij de aanvulling dat deze verplichting ook geldt voor de vennoot die na ontbinding van de vennootschap de activiteiten niet voortzet. Overtreding van het in de overeenkomst bepaalde wordt in de regel bestraft met een direct opeisbare boete. Tot slot verdient het aanbeveling een artikel op te nemen dat voorschrijft dat alle overige producten die zijn ontwikkeld door of voor rekening van de vennootschap, waaronder de broncode of delen daarvan, op geen enkele wijze mogen worden (her)gebruikt of te gelde gemaakt zonder voorafgaande toestemming van alle vennoten.
Persoonlijk aansprakelijk
Gebeurt dit toch dan kunnen de overgebleven vennoten zich op grond van de vennootschapsovereenkomst alsmede op grond van de wet verzetten tegen de plannen van de uittredende vennoot en van hem eisen dat hij de broncode alsook de domeinnaam aan de vennootschap laat. Doet hij zulks niet, dan kunnen zij hem zonder meer persoonlijk aansprakelijk stellen voor de schade die de VOF daardoor lijdt, wegens handelen in strijd met de vennootschapsovereenkomst.
Wanprestie
Persoonlijke aansprakelijkheidstelling op grond van wanprestatie, wegens het handelen in strijd met het vennootschapsbelang in het algemeen alsook wegens strijd met de redelijkheid en billijkheid (artikel 6:248 Burgerlijk Wetboek).
Taxatie
Hierbij zei aangetekend dat de vennoten bij ontbinding van de vennootschap en eventuele voortzetting ervan (met behoud van broncode en url) een vergoeding aan de uittredende vennoot verschuldigd zal zijn, die recht doet aan de waarde van de door hem ingebrachte domeinnaam en broncode. Het is raadzaam om dan een onafhankelijke derde een taxatie te laten verrichten.
Vennoot uit VOF verwijderen
Stel dat de heren niet tot overeenstemming komen over de nevenactiviteiten in kwestie en de samenwerking met hun collega vennoot wensen te beëindigen. Concreet vragen zij zich af of het überhaupt mogelijk is om een vennoot uit de VOF te verwijderen.
Allereerst moet worden opgemerkt dat de vennoten op grond van de vennootschapsovereenkomst verplicht kunnen zijn in eerste instantie een mediator (conform NMI reglement) en in latere instantie een arbiter aan te stellen ter beslechting van de tussen hen gerezen geschillen. Dat verdient vaak de voorkeur boven een kostbare en risicovolle gang naar de rechter.
Vennootschap ontbinden
Indien de zakenpartners daar geen heil in zien, is de enige mogelijkheid om de vennootschap te ontbinden middels opzegging op grond van gedragingen van de andere vennoot. Opzegging dient schriftelijk te geschieden en men moet een opzegtermijn in acht nemen van in de regel enkele maanden. Als opzeggende partij hebben de overgebleven vennoten vervolgens het recht om de activiteiten van de vennootschap voort te zetten.
Vereffening vennootschapsgemeenschap
Let op: ten aanzien van de vennootschapsgemeenschap zal alsdan een vereffening moeten plaatsvinden. Technisch gezien is het dus niet eenvoudig om een mede-vennoot te verwijderen. Het is echter wel mogelijk om de vennootschap te beëindigen wegens handelen/nalaten van een mede-vennoot, de activiteiten daarna voort te zetten en de dan inmiddels ex-vennoot vervolgens aansprakelijk te stellen voor schade voortvloeiend uit handelen in strijd met het vennootschappelijk belang.
Mediation-traject
Wij adviseren om in een dergelijk geval zo spoedig mogelijk een mediation-traject te starten. Hoe langer de bestaande situatie voortduurt, des te groter het gemeenschappelijk ongenoegen over en weer en des te moeilijker beëindiging van een VOF zal worden. Een dergelijk traject zal eveneens dienstig zijn ter oplossing van de verdere geschillen die tussen partijen zijn gerezen.
Doorstart en handelsnaam
Eenzijdig een vennoot verwijderen komt in de praktijk meestal neer op een opzegging van de vennootschapsovereenkomst. Ontbinding en vereffening zal daarvan het gevolg zijn. Daarna zouden de overgebleven vennoten de onderneming onder bepaalde voorwaarden kunnen voortzetten. Bij wijze van doorstart. De voortzetting kan dan onder dezelfde handelsnaam. Het hanteren van dezelfde handelsnaam heeft als voordeel dat goodwill, website-adres (url en domeinnaam) en naamsbekendheid behouden blijven.
De inbreng, in casu de litigieuze broncode en domeinnaam behoort mede op grond van redelijkheid en billijkheid in de vennootschap/onderneming te blijven. Daar moet echter wel een billijke vergoeding tegenover staan.
Vaststellingsovereenkomst
Ook is mogelijk om met de uittredende vennoot (bij wijze van minnelijke regeling) een vaststellingsovereenkomst op te stellen die de beëndiging van de VOF, de verdeling van de VOF-gemeenschap en het recht op voortzetting vast legt. Onder bepaalde omstandigheden bestaat er dus een recht op voortzetting dat in onderling overleg kan worden bevestigd en geformaliseerd in een vaststellingsovereenkomst. Het is derhalve mogelijk om een voortzetting contractueel te bedingen.
Belangrijk onderdeel van die vaststellingsovereenkomst is voorts dat een goede regeling wordt getroffen inzake de verdeling van het vennootschappelijk vermogen.
Heeft u naar aanleiding van dit artikel vragen of heeft u behoefte aan juridische assistentie bij het oprichten of beëindigen van uw bedrijf, of het screenen van een samenwerkingscontract, neem dan gerust contact met ons op via de contactpagina.